In januari 2013 sloot Museum Nusantara in Delft definitief de deuren. Dit was een pijnlijke beslissing voor de gemeente Delft, de eigenaar van het museum en de collectie. Tegenvallende bezoekerscijfers, ook na een ingrijpende renovatie, gaven aan dat er in Delft geen toekomstperspectief was voor een geïsoleerd museum geheel gericht op het Indonesisch cultuurgebied. Dit gegeven en de noodzaak om te bezuinigen liet de gemeente geen andere mogelijkheid dan het museum te sluiten.
Na de sluiting van Museum Nusantara heeft de gemeente Delft de plicht op zich genomen om een nieuwe bestemming te vinden voor de collectie. Uitgangspunten hierbij zijn dat de collectie behouden blijft voor het publieke domein, dat de collectie zo min mogelijk versnipperd raakt en dat deze in professionele museale handen blijft, waarbij een passende context essentieel is. Ook moet de collectie worden bezien als gezamenlijk erfgoed van Nederland (incl. Delft) en Indonesië.
Hieruit volgde de opdracht aan Erfgoed Delft om op basis van deze uitgangspunten te zoeken naar de best mogelijke bestemming voor de collectie.
De Collectie In 1864 besluit de gemeenteraad van Delft tot de oprichting van de Instelling van onderwijs in de taal- land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indië, kortweg genoemd de Indische Instelling. In dat zelfde jaar wordt begonnen met het aanleggen van een collectie om dit onderwijs te visualiseren. Deze collectie vormt de kern van de collectie van het latere Museum Nusantara, het enige museum in Nederland dat zich uitsluitend richt op het Indonesisch cultuurgebied. Als de opleiding in 1899 wordt opgeheven, bestaat de collectie uit ca. 5000 objecten. In de anderhalve eeuw sinds de oprichting van de Indische Instelling is de collectie uitgegroeid tot circa 18.000 voorwerpen, 16.000 foto’s en beelddragers en 8.000 boeken, tijdschriften en artikelen, vrijwel allemaal gerelateerd aan Indonesië.
Een nieuwe toekomst voor de Collectie Nusantara Op voorspraak van Erfgoed Delft en de Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen (NMVW) heeft de gemeente Delft besloten om een aanzienlijk deel van de Nusantara-collectie aan het land van herkomst, Indonesië, aan te bieden. Hierover wordt intensief overlegd met de Museumvereniging, het Ministerie van OC en W, het Ministerie van Buitenlandse Zaken, het Ministerie van Onderwijs en Cultuur van Indonesië en het Museum Nasional Indonesia. Er is in Indonesië een groeiende belangstelling voor het eigen erfgoed, maar een groot gebrek aan collecties. Het Museum Nasional Indonesia zal er voor zorgen dat de objecten in het Indonesische publieke domein blijven en wanneer mogelijk, ook in andere Indonesische musea worden tentoongesteld. Met het Museum Nasional hebben zowel Tropenmuseum als Museum Volkenkunde in het verleden nauwe banden opgebouwd en is er structurele kennisuitwisseling en -overdracht op gebied van collecties en collectiebeheer.
De herbestemming van de collectie is een project dat verschillende gevoeligheden kent. Die worden ook erkend. Zo voelen veel mensen in en rond Delft een grote betrokkenheid bij Museum Nusantara. De sluiting en het elders onderbrengen van de collectie is dan moeilijk te accepteren. Het was voor de gemeente echter in de huidige moeilijke financiële omstandigheden niet langer mogelijk om de openstelling en de zorg voor de collectie te bekostigen. Daarom is de volle aandacht nu gericht op het zo veel mogelijk voorkomen van versnippering en het vinden van zo goed mogelijke bestemmingen voor de collectie.
Daarnaast is ook bezorgdheid geuit over de vraag of de kennis over de collectie niet verloren gaat, of de voorwerpen goed terechtkomen, of er ook in Indonesië goed voor zal worden gezorgd. Die verschillende aandachtspunten zijn goed in kaart gebracht en gezekerd. Met grote zorgvuldigheid en transparantie wordt de herbestemming van de collectie Nusantara begeleid door deskundige betrokkenen van Erfgoed Delft, de Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen, de Rijksdienst Cultureel Erfgoed, het Rijkmuseum en het Museum Nasional Indonesia.
Een klein deel van de collectie zal in Delft blijven. Als belangrijke schakel in het collectieprofiel van Erfgoed Delft vertellen de hiervoor geselecteerde objecten in Museum Prinsenhof over de banden tussen Indonesië en Delft. Bij de verdere herbestemming van de collectie worden de nationale Leidraad Afstoting Museale Objecten (LAMO) en de Erfgoedwet gevolgd. Die schrijven voor dat eerst moet worden vastgesteld welke objecten voor het Nederlandse publieke domein behouden moeten blijven. Inmiddels hebben deskundigen van het NMVW, Erfgoed Delft en het Rijksmuseum onder begeleiding van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed criteria uitgewerkt en op basis van een zorgvuldig en transparant beoordelingsproces bepaald welke objecten absoluut voor de Collectie Nederland behouden moeten blijven. De hierbij geïdentificeerde objecten zullen worden beheerd door het NMVW en blijven daardoor beschikbaar voor onderzoek en voor bruiklenen door andere musea.
Het resterende (en meest omvangrijke) deel van de collectie tenslotte zal worden overgedragen aan Indonesië. Door de herbestemming in Indonesië kan de collectie zoveel mogelijk bij elkaar blijven en een nieuw museaal leven krijgen in het publieke domein in Indonesië.
Door dit project gaat geen kennis verloren. Integendeel, de collectie Nusantara en de informatie die daarover is verzameld, zullen online beschikbaar komen en blijven op een speciale website, die in 2016 zal worden gelanceerd. Deze website wordt gehost en beheerd door het Nationaal Museum voor Wereldculturen.
Organisatie en planning Erfgoed Delft is de opdrachtgever van dit herbestemmingsproject en de Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen is gevraagd te adviseren en het project te begeleiden. Het gaat om een uniek project in de culturele wereld vanwege het feit dat het niet om een enkel object gaat, maar om repatriëring van een vrijwel volledige museumcollectie. De uitvoering is gestart in september 2014 en het hele project zal naar verwachting medio 2017 afgerond zijn.